Hoewel groen- en tuinafval uiteindelijk composteerbaar is, mag dit niet in het bos achterblijven. Dit is niet enkel een slordig zicht. Ratten, everzwijnen en ander ongedierte worden aangetrokken door de etensresten of de geur die vrijkomt als dit afval begint te rotten. Plantaardig afval zoals tuinafval zorgt dan weer voor overbemesting waardoor soorten zoals brandnetels en bramen beginnen te woekeren.
Er zijn heel wat correcte en gepaste mogelijkheden om je tuinafval kwijt te geraken of te verwerken:
- Je kan met je groenafval terecht op het recyclagepark. De eerste 400 kg per gezin per jaar zijn gratis.
- Je kan het afval ook aanbieden voor de tweewekelijkse huis-aan-huis ophaling door Limburg.net. Maaisel en bladeren kan je in de speciale composteerbare groenafvalzak aanbieden. Snoeihout en takken moeten samengebonden worden.
- Als je zelf een tuin hebt, kan je ervoor opteren om dit afval zelf te composteren. Via het recyclagepark kan je tegen een gunstig tarief een compostvat of -bak aankopen. Maar je kan er ook zelf eentje bouwen of gewoon een composthoop gebruiken.
- Muur van takken: gesnoeide takken kan je verwerken in een takkenwal. Je hebt dan ook meteen een ideale nest- en schuilplaats voor vogels en egels. Voor de constructie voorzie je twee evenwijdige rijen palen op 0,5 meter tot 1 meter van mekaar en met een hoogte van maximaal 1,5 meter. Daartussen stapel je de takken jaar na jaar gewoon op.
- Snipperwand voor snoeiresten: voor grote tuinen met veel snoeiafval is een snipperwant een goede oplossing. Met krammen bevestig je een betonnet aan een rij houten palen die minstens voor een derde in de grond staan en maximaal 1 meter van elkaar staan. Hiertussen stapel je al het verhakseld materiaal.
- Mulchen: een mulchmaaier versnippert de gemaaide grassprietjes en blaast deze opnieuw tussen de grasmat. Het maaisel verteert ter plaatse en geeft zijn voedingsstoffen terug aan de bodem. Met een mulchmaaier moet je wat vaker maaien, maar hoef je niet meer te stoppen om de grasbak leeg te maken. Tijdswinst dus.